vrijdag 25 augustus 2023

Winter Saloon 22 in de werkplaats

Vierassig motorrijtuig A22 van de Waanse tramwegen werd gebouwd in 2008 en kreeg in 2012 voor het laatst onderhoud. Inmiddels was er achterstallig onderhoud ontstaan dat nodig aangepakt moest worden. Het rijtuig is gebouwd naar het voorbeeld van Winter Saloon 22 van de Manx Electric Railway, een beeldbepalend tramtype dat op het Eiland Waan dan ook niet verstek mag laten gaan.

Loopdraaistel
De polystyreen wiegbalk van het loopdraaistel van motorrijtuig 22 was gebroken. Het draaistel kreeg een nieuwe wiegbalk, nu van dubbelzijdig printplaat. Van de gelegenheid werd gebruik gemaakt om ook de stroomafnemers achter de wielen, die van dun fosforbronsdraad waren, te vervangen. De nieuwe zijn fosforbronsstrips die op de flenzen drukken en zo ook nog de assen afveren, die enige vertikale bewegingsvrijheid hebben.

Voorschakelweerstand
Verder is de nog uit de analoge tijd stammende voorschakelweerstand voor de motor verwijderd. De decoder werd opnieuw ingeregeld.

Beugel
Aan het uiterlijk van de tram is ook gesleuteld. De pantograaf, naar het voorbeeld van een Belgische buurttram-panto, is een tikje naar achter geplaatst, precies boven de binnenste as van het voorste draaistel. Dat ziet er beter uit, en maakt voor het volgen van de bovenleiding nauwelijks iets uit. De panto stond eerst boven het draaipunt van de truck (draaistel) - ook een gangbare praktijk - maar dat was het uiterste puntje van het lichtkapdak. Dat zag er niet overtuigend uit. Ook rust de beugel nu op twee langsbalken, in plaats van precair te balanceren op de dakronding.

Frontseinen
Tenslotte kreeg de motorwagen frontseinen. Het ILT van het Eiland Waan vond het na vijftien jaar wel eens tijd dat ook deze tram aan de voorschriften ging voldoen.

Onderstaand: voor en na het klein onderhoud





donderdag 17 augustus 2023

De treeplanken van open bijwagen B51

Het open aanhangrijtuig 51 van de Manx Electric Railway, op Waan bekend als B51, is grotendeels gebouwd uit karton. De herkomst is een bouwplaat van Robert Hendry (Elro kits).

Ook de treeplanken werden daarom gefabriceerd uit dun karton. Nu zijn treeplanken en opstapjes notoir kwetsbare onderdelen van modellen. Bij commerciële grootseriemodellen (zeg Roco en dergelijke) worden die vaak uitgevoerd in flexibele kunststof. Dat kunnen we als zelfbouwer natuurlijk niet.

De treeplank van de B51 ziet er op de oude staatsiefoto nog redelijk uit:



Maar sinds de indienststelling in 2011 heeft het rijtuig enige levenservaring opgedaan, wat vooral te zien is aan de treeplanken. Een recent screenshot van een Youtube-video laat dit zien. Zo kun je die bijwagen toch niet in dienst houden:




Tijd voor cosmetische chirurgie. Het open rijtuig kreeg treeplanken uit 0,2mm fosforbronsplaat, met een strip van 1x1mm messing voor het randje langs de binnenkant. De kartonnen treeplank rustte al op messing steunen, dus die konden goed worden gebruikt.

De uitsparingen in de kartonnen treeplanken, bij de draaistellen, waren nodig vanwege de krappe bogen (r=35cm) op het oorspronkelijke Eiland Waan. Op Waan 2 is de minimumstraal 40cm - net genoeg om de uitslag van de draaistellen tussen de treeplanken te houden. Die uitsparingen komen dus niet terug.

Onder het midden van het rijtuig zijn beide treeplanken verbonden door een U-profieltje. Dat is precies de plaats waar je het model oppakt, met het risico dat je de treeplanken naar binnen knijpt. Dat kan nu niet meer.
De treeplanken zijn netjes geschilderd in versleten-hout-en-modderschoenenkleur.

Het rijtuig is snel weer in dienst gesteld met het oog op het toeristische naseizoen. Het rijdend personeel is zeer tevreden met de rustige gang van het rijtuig. Dat komt doordat het zwaartepunt van het lichte rijtuig dankzij de gewichtige treeplanken nu een stuk dieper ligt.



 



zondag 26 februari 2023

Blauw-wit is de krokodillenkleur

De Krokodil heeft een blauw-wit jasje aangekregen. De kleuren zijn ontleend aan de oerkleuren van de Manx Electric Railway: blauw en ivoorwit. Op het Eiland Waan rijdt ook motorwagen A13 in deze kleuren rond.

Het nummer, H53, sluit aan bij de nummering van de twee HTM-eloks 51 en 52, en met duizend erbij ook bij de NZH-meterspoorloks A1051 en A1052. Die laatste was wel bijgenaamd de Krokodil, maar was in feite een lok met een starre wagenkast en twee draaistellen. Eerder een vierassig zoutvaatje of strijkijzer dus. 

Als eloc van een hedendaags trambedrijf kreeg de H53 een 1:45 Stemmann-beugel. Hij kan aan het werk!


Magic Train Krokodil H53

woensdag 4 januari 2023

Het is net een krokodil

 Op naar het volgende project! Bij de renovatie van de gelede tram A205 werd een nieuwe aandrijving ingebouwd en kwam het tot dan gebruikte chassis van een Fleischmann-Magic Train dieseltje vrij. Links op de foto.

Een nog nieuw locje van hetzelfde type is ook omgespoord naar 22,5mm, en toen waren er twee.

Nu is er weinig emplooi voor twee kleine pantograafloze locjes bij het trambedrijf van het Eiland Waan. Maar er was wel behoefte aan een sterke locomotief voor diensttrams en goederenvervoer. De eloc 23, die zulke taken tot nu heeft verricht, begint langzaamaan tot het museummaterieel te horen, al kan hij nog prima meekomen.

Ergo: de twee locjes worden samengebouwd tot een vierassige elektrische locomotief. Met koppelstangenaandrijving, dat ziet er wel leuk uit. Bovendien zijn dan alle vier de assen aangedreven; ieder locje heeft maar een aangedreven as, en de tweede wordt meegenomen door de koppelstangen.

Zo'n loc wordt natuurlijk te star, dus de onderstellen moeten kunnen zwenken. Twee mogelijkheden: een lange locomotiefkast, met de twee aandrijvingen als draaistellen eronder; of een kort machinistenhuis met twee beweegbare 'neuzen' waar de aandrijvingen vast onder zitten. Dat laatste is het dus geworden, in overeenstemming met de definitie van een Krokodil.

Oftewel een dubbelgelede locomotief.
Een eerste "Stellprobe", met alle onderdelen nog los van elkaar, laat zien waar we naartoe werken. 

Maar zo is de loc te lang. De instrumentenpanelen, normaal in de cabine, zitten nu buiten de front-wanden. Dat kan zo dus niet.

Het was nog een hele puzzel om het allemaal functionerend te krijgen. Die twee onderstellen met een scharnierend tussenstukje zijn niet zo'n probleem. Maar hoe bevestig je het machinistenhuis? Niet aan het tussenstuk, want dat zwenkt nogal ver uit in de bogen, terwijl het langere machinistenhuis minder meebeweegt. Uiteindelijk zijn de instrumentenpanelen, in het midden van het cabine-interieur, gebruikt als meenemernokken. Midden in de kopwanden van het machinistenhuis zijn strips aangebracht waar die nokken precies in vallen, met een mm speelruimte. Daardoor blijft de cabine in de lengteassen van beide huiven, ook in een boog.

Dit is het volgende designstadium:


Zo passen de afmetingen beter bij het Waanse trambedrijf.