woensdag 14 november 2012

Mank draaistel

De niet-gemotoriseerde truck van de vierasser A22 was al enige keren provisorisch gerepareerd. Vooral de verbinding tussen de messing baanruimer en de kunststof wangen van het draaistel was problematisch. Kort voor het nulweekeinde van vorige maand kreeg de wagen een chip, en de proefritten lieten zien dat alles elektrisch gesproken in orde was.

Maar mechanisch niet. Het gewicht van de tram, plus de reparaties, bleken na vier jaar toch te veel te zijn geweest voor het zelfgeconstrueerde polystyreendraaistel. De baanruimer sleepte over het spoor, en echt lekker reed het niet. De foto laat zien waarom: een kunststofconstructie is best bruikbaar voor lichte aanhangrijtuigen, maar voor een zwaar motorrijtuig is iets beters nodig.

Er is dan ook een messing truck in aanbouw, opnieuw een Brill 27C, die iets beter bestand zal zijn tegen de krachten die erop worden uitgeoefend.
Dit loopdraaistel is niet haaks meer. Dat de tram nog redelijk reed, is verbazend.

Tijdens de bouw van het rijtuig. Toen alles nog goed was... 

De A22, kort na voltooiing in 2008


maandag 12 november 2012

Tram bij nacht

Soms kijk je naar de modelbaan op een onverwachte manier.

Net voordat ik de laatste lamp in de hobbyruimte wilde uitdoen, viel mijn oog op het remiseterrein. Een diensttram stond daar klaar voor een nachtelijk transport. Kennelijk zou het tramverkeer overdag te veel hinder ondervinden van het lossen van de bakwagen met verse ballast.

Ondanks het heldere maanlicht zou de bestuurder nog wel zijn koplamp moeten ontsteken...

donderdag 8 november 2012

De rode tram

Op het Nulweekeinde draaide het nieuwe gesloten rijtuig B13 mee in het dienstrooster, getrokken door de vierassige motorwagen A3. Met de postgoederenwagen erachter was het voor Waanse begrippen een fors konvooi.
Op de foto is de A3 al door het kleine S-bochtje bij de remise, terwijl de sleep er nog doorheen moet. Vandaar de ogenschijnlijk verschoven positie van de motorwagen, die bovendien een paar millimeter smaller is dan het aanhangrijtuig.


zondag 4 november 2012

Gasten op Waan

Tijdens het Spoornulweekeinde 2012 mocht het eiland Waan weer eens gast-materieel van andere trambedrijven verwelkomen. Op het enige stukje normaalspoor op het remiseterrein werden o.a. tweeassers van Lehnhardt tentoongesteld.

Temidden van het andere materieel slaan de tinplate-modellen van Lehnhardt qua detaillering helemaal geen gek figuur. Dank aan Rob Giskes voor het ter beschikking stellen van deze wagens!


zaterdag 13 oktober 2012

Waan in Zutphen

Bijna vergeten te melden: het eiland Waan is vandaag en morgen te bezichtigen op het Spoor Nul Weekeinde in Zutphen, in het onderwijsgebouw aan de Wijnhofstraat 1. Welkom, gratis.

Maar ik had het ook zó druk met het digitaliseren van de volledige Waanse tramvloot, dat het bloggen er lelijk bij is ingeschoten. Maar het werkt!

Op de voorgrond: h0 en 0 naast elkaar. Op de achtergrond: het Eiland Waan.

donderdag 20 september 2012

Van Waterland naar Waan

In 1956 staakte de Waterlandse tram van de NZH haar diensten. De tramrijtuigen verlieten het gebied ten noorden van Amsterdam. Van dit metersporige materieel is het één en ander bewaard gebleven bij het NZH-museum in Haarlem. Verder is er niets van over. Of toch?

De BY 13 arriveerde begin 1956 op het eiland Waan en werd daar na een revisie in dienst genomen.
Het model is nu voltooid, en zal hopelijk zijn première beleven op het Nulspoorweekeinde in oktober 2012.

Hier is alvast een kiekje...
Het rijtuig wordt op Waan ingezet onder het administratieve nummer B13.

dinsdag 11 september 2012

Proefrit A205

De Flexity 205 bestaat uit drie bakken. Als speelgoedmodel heeft ook de middenbak wielstellen, maar die horen er uiteraard niet onder en die zijn dus verwijderd. De ene kopbak wordt niet aangedreven en kreeg twee loopassen. Uit de bodemplaat van de andere kop is een rechthoek gezaagd, en daar is het motorblok in geplaatst.
Zoals gebruikelijk liggen alle wielen, links en rechts, aan massa, en levert de bovenleiding de voedingsspanning. Met een geleende pantograaf op het dak, ter vervanging van het geheel uit plastic bestaande en dus onbruikbare ding dat erop zat, werd de bedrading gecompleteerd en kon de eerste proefrit worden gehouden.
Het zag er leuk uit, maar het resultaat is vooralsnog negatief. De te lage maximumsnelheid, al eerder gesignaleerd, levert een onnatuurlijke aanblik op. Uiteraard moet een tram ook langzaam kunnen rijden, maar een modern exemplaar hoort ook een redelijke topsnelheid te kunnen tonen. Dus... wordt vervolgd!